Project SYSTEMIC: resultaten en aanbevelingen

Project SYSTEMIC: resultaten en aanbevelingen

Introductie

Het EU Horizon 2020 project SYSTEMIC organiseerde op 27 mei een webinar waarin conclusies gedeeld werden over het stimuleren van een markt voor herwonnen nutriënten uit bioafval. Onder andere Oscar Schoumans (van NP-lid Wageningen UR) sprak hier over de conclusies. Het doel van SYSTEMIC was het ontwikkelen van een roadmap voor de transitie naar een circulaire economie voor nutriënten herwonnen uit organische reststromen. Focus hierbij lag op het wegnemen van belemmeringen op verschillende vlakken.

Uit vijf experimenten in België, Duitsland, Italië en Nederland blijkt dat steeds meer technologieën worden ontwikkeld voor het terugwinnen van nutriënten uit digestaat, beide op een pilot schaal, als wel op een grote schaal. De biobased stikstofmeststoffen die hieruit teruggewonnen worden, kunnen ingezet worden als vervanging voor synthetische meststoffen op basis van agronomische karakteristieken. Ondanks de potentie van deze technologieën zijn er onzekerheden en obstakels voor de implementatie. Ten eerste gaat investeren in nutriëntenherwinningstechnologieën gepaard met risico’s en onzekerheden. Dit is omdat er zijn grote investeringen nodig, terwijl de markt voor biobased meststoffen nog onontwikkeld is. Ten tweede is er nog te weinig vraag van boeren naar de herwonnen stoffen. Voor beide aspecten is verbetering nodig om implementatie te realiseren. De centrale vraag van SYSTEMIC die in de webinar beantwoord werd, is: How can regulators compensate the efforts going into circular nutrient approaches and facilitate the market uptake of products?

Resultaten

Uit het onderzoek blijkt dat voornamelijk financiële prikkels zouden helpen voor het stimuleren van een markt voor, en het gebruik door boeren van, herwonnen stikstofmeststoffen. Hun voorstellen voor het wegnemen van de belemmeringen worden hieronder genoemd en zijn gelinkt aan de mogelijkheden die de Europese Green Deal biedt. De Farm-to-Fork strategy focust zich specifiek op het verduurzamen van de voedselproductie en steunt daarbij biologische voedselproductie om vervuiling te voorkomen. Een verandering in de food chain zal uiteindelijk leiden tot nieuwe groene businessmodellen waarin nutriënten een rol kunnen vervullen. Het recyclen van nutriënten kan bijdragen aan het voorkomen van de vervuiling van de bodem, lucht en water.

Het huidige gebrek aan een markt voor herwonnen meststoffen zorgt voor belemmeringen in de praktijk bij het verhandelen en gebruik van deze stoffen. Vanuit SYSTEMIC worden verschillende ideeën gepresenteerd om herwonnen stikstofmeststoffen financieel aantrekkelijker te maken. De financiële prikkels hangen samen met de eerder geïntroduceerde RENURE-criteria. Deze RENURE criteria – recovered nitrogen from manure – zijn van toepassing op stikstof meststoffen die teruggewonnen zijn uit dierlijke mest, of uit digestaat waar dierlijke mest voor is gebruikt. Hierbij wordt voornamelijk gekeken naar de werking van de stof, enof denutrient use efficiency van herwonnen stoffen gelijk is aan een synthetische meststof. Dit is belangrijk voor een goede plantopname, en daarmee om het risico op nitraatuitspoeling zo veel mogelijk te vermijden. RENURE-criteria gaan naast de stikstofwerking in op de ammoniakverliezen, zware metalen en productiewijze van de herwonnen stikstofmeststof, en sluiten aan bij de Farm To Fork Strategy. Het doel van de criteria is ervoor te zorgen dat herwonnen meststoffen ecologisch verantwoord zijn en niet leiden tot hogere nitraatuitspoeling. Lees hier meer over de RENURE-criteria.

Oplossingen – financiële prikkels

Project SYSTEMIC komt met een aantal specifieke aanbevelingen om incentives te geven om een markt te creëren voor herwonnen stikstofmeststoffen. Ten eerste worden er mogelijkheden gezien binnen de huidige EU-beleid om een European Emission Trading System in te voeren. Het doel van dit systeem is om de absolute emissies te verminderen en tegelijkertijd financiële incentives te bieden voor het werken met herwonnen stoffen. Bovendien wordt er voorgesteld om premies te reiken aan zowel producenten en boeren voor het reduceren van CO2 uitstoot. Voor biogas plant operators, die werken volgens RENURE-criteria, wordt een premie uitgegeven voor de reductie van emissies ter hoogte van de marktprijs voor CO2. Eenzelfde premium moet gaan naar de boeren die werken met herwonnen stikstofmeststoffen. Deze premium is 50% van de marktprijs voor CO2. Verder laten de resultaten van SYSTEMIC zien dat, ondanks bedrijven emissierechten moeten kopen, ongeveer 90% van deze vergunningen binnen de stikstofmeststoffenindustrie gratis worden vergeven. Dit financiële voordeel voor bedrijven maakt het moeilijker om te sturen naar het verminderen van emissies, omdat dit de kosten zal laten stijgen. De prikkel om minder emissies uit te stoten is daarom niet hoog.

Bovengenoemde mogelijkheden kunnen bijdragen aan het creëren van een markt voor herwonnen stikstofmeststoffen waarbij zowel de producent als de gebruiker gecompenseerd wordt voor een verminderde emissie uitstoot. Door deze financiële compensatie lijkt concurrentie met synthetische stikstofmeststoffen beter mogelijk te zijn. Wanneer de financiële prikkels die SYSTEMIC voorstelt geen succes behalen, kan de mogelijkheid voor het verplichten van het mengen van synthetische en herwonnen stikstofmeststoffen overwogen worden.

Stikstof uit andere bronnen

Het SYSTEMIC project gaat specifiek over stikstofmeststoffen uit mest. Daarnaast zijn er ook ontwikkelingen op het gebied van stikstofmeststoffen uit andere stromen, zoals water. Het Nutrient Platform wil binnenkort een overzicht plaatsen van projecten binnen Nederland gerelateerd aan stikstof terugwinnen uit verschillende stromen.